“Wij verkondigen niet onszelf, wij verkondigen dat Jezus Christus de Heer is en dat wij omwille van Hem uw dienaren zijn.” (2 Korintiërs 4:5)
Met deze tekst deed ik op 12 oktober 2012 - bijna 11 jaar geleden- intrede in de Hervormde gemeente Heerde en nu moeten we bijna afscheid nemen.
De apostel Paulus en de Korintiërs hebben heel wat met elkaar meegemaakt, wanneer de apostel dit opschrijft. Paulus had destijds de gemeente gesticht, een bloeitijd waarin velen tot geloof waren gekomen. Maar de verhoudingen tussen Paulus en de Korintiërs waren danig verstoord geraakt. Dat hebben wij gelukkig zo niet meegemaakt hier in Heerde, ook al zijn er zeker zorgen als we over de toekomst nadenken. De verhoudingen zijn goed, en daar zijn we dankbaar voor. Het afgelopen jaar zijn er zelfs plannen gemaakt om tot één kerkenraad te komen, omdat we hebben opgemerkt dat de verschillen tussen de twee wijken nagenoeg verdwenen zijn.
Tussen het schrijven van die eerste en deze tweede brief was Paulus bij de gemeente langsgegaan. Dat bezoek was heel anders afgelopen dan onze ontmoetingen hier.
In toch: in Paulus’ woorden schittert ondertussen de hoop en de blijdschap. Hoe dat kan? Wel, dat kan alleen omdat Paulus heel diep van binnen beseft dat het in de gemeente - en ook in zijn contact met de gemeente en alles wat daarin speelt - ten diepste niet gaat om hemzelf maar om de Here Jezus.
En dat besef ik ook maar al te goed, nu het afscheid van de mooie Hervormde gemeente Heerde nadert: de Here Jezus Christus vormt het centrum, het geheim, het levende hart van de gemeente. ‘Wij verkondigen niet onszelf ´ zegt Paulus: ´wij verkondigen dat Jezus Christus de Heer is en dat wij omwille van Hem uw dienaren zijn.’ De Here Jezus is de Heer van de gemeente. En waar Hij is, daar is blijdschap, ook al moeten we dan afscheid nemen, omdat dit nu eenmaal inherent is aan de structuur van onze kerk en omdat we geroepen worden naar een andere plaats en een andere gemeente.
Paulus zelf had mogen ervaren dat Christus in zijn leven was gekomen. En zo doet onze Heiland dat tot op de dag van vandaag. Hij komt onze levens binnen zoals hij dat ook in mijn leven deed, en op zeker moment ook in uw en jouw leven deed, en Hij zoekt ons op gelegen of ongelegen, steeds weer. En dat is het geheim van de gemeente en van ons leven, dat Hij ons telkens weer opzoekt.
En voor alle momenten waarin we in de kerk of in de onderlinge ontmoetingen iets van dat geheimenis van Christus hebben mogen delen ben ik dankbaar.
“Jezus alleen, ik bouw op Hem, Hij is mijn hoop, mijn lied mijn kracht”… (Oth 199)
Ds. Gert J. Röben