Meditatie 31-01-2018: Ambtsdragers en de gemeente

Meditatie 31-01-2018: Ambtsdragers en de gemeente

Ambtsdragers en de gemeente

Blijf elkaar daarom moed inspreken, en blijf elkaar helpen. Vrienden, luister naar jullie leiders, ook als zij vertellen wat je fout doet. De Heer Jezus wil dat ze dat doen. Ze doen hun werk voor jullie. Daarom moeten jullie hen met veel respect en liefde behandelen. Leef in vrede met elkaar. (1 Thessalonicenzen 5: 11-13, Bijbel in Gewone Taal)

De zondagen 14 en 21 januari waren extra feestelijk zondagen voor de gemeente, omdat er een heel aantal ambtsdragers bevestigd mochten worden. Als gemeente hebben we in hen als het ware een cadeau van God ontvangen. Ze zijn geroepen, gestuurd door onze God. In de tekst hierboven worden ze ‘leiders’ genoemd en worden we opgeroepen naar hen te luisteren.

Om te kunnen luisteren moet er eerst al contact zijn. Ik hoop dan ook dat, wanneer u benaderd wordt voor een huisbezoek, u de ouderling hartelijk ontvangt. Ik hoop dat als een diaken U vraagt om deel te nemen aan een diaconale actie u van harte meedoet. Ik hoop dat als u benaderd wordt door een kerkrentmeester om, op welke manier dan ook, te helpen u van harte ‘ja’ zegt.

Als er een beroep op u gedaan wordt door een ambtsdrager, weet dan dat de Here Jezus wil dat ze dat doen. Zij doen het in opdracht van Hem, met het oog op u. Een gesprek kan ook best wel eens confronterend zijn, omdat er op een fout in het leven of denken gewezen wordt. U hoeft het echt niet altijd met hem of haar eens te zijn, maar behandel hen toch met respect en liefde. Luister en ga in gesprek. Leef in vrede met elkaar. Bedenk iedere keer weer: De Here Jezus wil dat ze dat doen. Ze doen hun werk voor u.

Dat zij het werk voor u doen betekent overigens niet, dat u zelf met de armen over elkaar kunt gaan zitten. De eerste zin van de tekst hierboven is: ‘Blijf elkaar daarom moed inspreken, en blijf elkaar helpen.’ Dat ‘elkaar’ is elkaar als gemeenteleden. Elkaar moed in spreken, troosten zegt een andere vertaling. Elkaar helpen, tot voorbeeld zijn, zegt die andere vertaling. Er wordt wel gesproken over het ‘ambt van alle gelovigen’. De op die zondagen bevestigde ambtsdragers kunnen het niet alleen doen. Ook niet met diegene die al in het ambt stonden. We moeten het als gemeente met elkaar, onder hun leiding, doen.

Wat is nu dat ‘het’ in de zin hierboven, wat we moeten doen? Dat is die vrede onder elkaar hebben. Dat is een lichtend licht voor elkaar in de gemeente, maar ook voor iedereen buiten de gemeente, zijn. Dat is Jezus navolgen. Zijn evangelie in woord en daad uitdragen. Dat is voor de ambtsdragers en voor elkaar bidden. Dat is …, dat is gewoon gemeente van onze Here Jezus Christus zijn!

Gert Timmer